Ga jij naar speltherapie?

Het woord speltherapie heeft eigenlijk twee woorden in zich: “spel” en “therapie”.
Spel, spelen: daar hoef ik je vast niks over te vertellen.
Therapie:  dat is een ander woord voor behandeling. In therapie gaat het erom dat je je beter gaat voelen.

Je komt naar speltherapie omdat jij niet lekker in je vel zit en je ouders of de juf maken zich zorgen om je. 
Er kunnen allerlei redenen zijn, waarom jij je niet fijn voelt.
Soms is er iets naars gebeurd. Soms word je gepest of heb je steeds ruzie. Misschien kom je omdat je ouders gaan scheiden en jij je daardoor heel verdrietig en in de war voelt. Het kan ook zijn dat er iemand is doodgegaan en je voelt je daar heel verdrietig om.
Misschien ben je al een tijdje boos of bang, maar weet je eigenlijk niet waarom.
Misschien wil je er wel over vertellen, maar weet je niet aan wie.
Misschien wil je het tegen niemand zeggen, maar moet je er wel steeds aan denken. Vaak kun je er dan wel over spelen. 

Bij speltherapie mag je elke week drie kwartier spelen in de spelkamer.
In die spelkamer kun je van alles doen. Je kunt er tekenen, bouwen, knutselen. Er zijn spelletjes, verkleedkleren, een zandtafel, een poppenhuis, een kasteel, playmobil, poppen … en nog veel meer.
Je mag overal mee spelen. (Op deze site vind je allerlei foto’s. Die zijn gemaakt in de spelkamer.)

Bij speltherapie is er een therapeut, die jou graag wil helpen. Therapeut betekent helper.
Ik ben een paar jaar geleden speltherapeut geworden, omdat ik heel graag wil dat kinderen gelukkig zijn en hun verhaal kwijt kunnen aan iemand. Ik heb op verschillende scholen geleerd hoe ik jou kan helpen. Ik wil naar jouw verhalen luisteren en samen met je spelen.
Wat jij speelt, vind ik belangrijk. Ik speel graag met je mee, als je dat wilt.

Ik zal ook zelf wel spelletjes noemen die ik graag met je wil doen, omdat ik denk dat die je kunnen helpen.

Als je een tijdje naar speltherapie bent geweest, ga je je beter voelen. Je bent niet meer zo boos, verdrietig of bang.
Ik weet zeker dat spelen en tekenen en knutselen helpt.